- Boeken
- Informatief
- Maatschappelijk
- recht algemeen
- privaatrecht
- HET BW ALS FLEXIBEL KADER VOOR GOEDERENRECHTELIJKE CONTINUIT
BOBBINK, R.
HET BW ALS FLEXIBEL KADER VOOR GOEDERENRECHTELIJKE CONTINUIT
51,00incl BTW
Vertrouwd sinds 1927
Persoonlijke aandacht en advies
Vanaf 17,50 gratis verzenden NL & BE
Meer dan 150.000 artikelen online
Omschrijving HET BW ALS FLEXIBEL KADER VOOR GOEDERENRECHTELIJKE CONTINUIT
Preadvies Van Hoof en Bobbink:
Grenzen aan goederenrechtelijke continuiteit bij natrekking en zaaksvorming
De verduurzaming in de bouw en productie test de rek en wendbaarheid van het goederenrecht. Leveranciers van kapitaalintensieve,verplaatsbare en modulair te koppelen installaties, zoals warmtekrachtkoppelingen, energieopslagsystemen, (elektro)motoren en complete gevelconstructies, willen eigendom voorbehouden tot betaling, maar riskeren na installatie verlies door natrekkingof zaaksvorming. Het preadvies van Van Hoof & Bobbink onderzoekt welke ruimte en grenzen het Neder-landse goederenrecht biedt voor goederenrechtelijke continuiteit bij natrekking en zaaksvorming in het licht van het doel en de strekking van de wettelijke regeling, wets-systematiek en parlementaire geschiedenis. Vanuit een rechtshistorisch perspectief volgen zij de ontwikkeling van het BW van 1838 naar 1992 en laten zien hoe opvat-tingen over roerende zaken en de verkeersopvatting de (toepassingvan de) huidige regels en belangenafwegingen hebben gevormd. Van Hoof & Bobbink concluderen dat de verkeersopvatting, als open norm, geschikt is om leveranciers effectief te bescher-men en dat ingrijpen door de wetgever niet noodzakelijk is.
Leveranciers van waardevolle roerende zaken en hun financiers kunnen de invulling van de verkeersopvatting mede sturen door zich te verenigen, uniforme algemene voorwaarden te hanteren en overleg te voeren met brancheorganisaties aan afnemers-zijde. Zijkunnen bovendien natrekking met onroerende zaken voorkomen of opheffen door tijdig een opstal- of erfpachtrecht te vestigen of een deel van de onroerende zaak te huren, zodat zij de zaak kunnen wegnemen bij verzuim van de afnemer.
PreadviesVan der Plank:
De onbenutte ruimte van het opstalrecht
Discussies omtrent de (on)mogelijkheden bij het gebruik van het opstalrecht worden soms al decennia gevoerd zonder te worden beslecht. Door de (begrijpelijke) terughou-dendheid dietoegepast wordt in de notariele vastgoedpraktijk op het moment dat de rechtsgeldigheid van een goederenrechtelijke structurering ter discussie staat, worden deze constructies niet aan de test van de rechtspraktijk en de rechtspraak onderwor-pen. Hetvoortbestaan van deze discussies staat echter in belangrijke mate in de weg aan vastgoedrechtelijke innovatie, waaronder de verduurzaming van de gebouwde omgeving.
Het doel van het preadvies van Van der Plank is om een aantal uiteenlopende discus-sies in de literatuur omtrent de reikwijdte van het opstalrecht bijeen te brengen, en aan de hand van de goederenrechtelijke beginselen die ten grondslag liggen aan de bestaande systematiek te zoeken naar een oplossing die past binnen het bestaandesysteem van de wet teneinde een aantal belangrijke impasses te doorbreken.
Grenzen aan goederenrechtelijke continuiteit bij natrekking en zaaksvorming
De verduurzaming in de bouw en productie test de rek en wendbaarheid van het goederenrecht. Leveranciers van kapitaalintensieve,verplaatsbare en modulair te koppelen installaties, zoals warmtekrachtkoppelingen, energieopslagsystemen, (elektro)motoren en complete gevelconstructies, willen eigendom voorbehouden tot betaling, maar riskeren na installatie verlies door natrekkingof zaaksvorming. Het preadvies van Van Hoof & Bobbink onderzoekt welke ruimte en grenzen het Neder-landse goederenrecht biedt voor goederenrechtelijke continuiteit bij natrekking en zaaksvorming in het licht van het doel en de strekking van de wettelijke regeling, wets-systematiek en parlementaire geschiedenis. Vanuit een rechtshistorisch perspectief volgen zij de ontwikkeling van het BW van 1838 naar 1992 en laten zien hoe opvat-tingen over roerende zaken en de verkeersopvatting de (toepassingvan de) huidige regels en belangenafwegingen hebben gevormd. Van Hoof & Bobbink concluderen dat de verkeersopvatting, als open norm, geschikt is om leveranciers effectief te bescher-men en dat ingrijpen door de wetgever niet noodzakelijk is.
Leveranciers van waardevolle roerende zaken en hun financiers kunnen de invulling van de verkeersopvatting mede sturen door zich te verenigen, uniforme algemene voorwaarden te hanteren en overleg te voeren met brancheorganisaties aan afnemers-zijde. Zijkunnen bovendien natrekking met onroerende zaken voorkomen of opheffen door tijdig een opstal- of erfpachtrecht te vestigen of een deel van de onroerende zaak te huren, zodat zij de zaak kunnen wegnemen bij verzuim van de afnemer.
PreadviesVan der Plank:
De onbenutte ruimte van het opstalrecht
Discussies omtrent de (on)mogelijkheden bij het gebruik van het opstalrecht worden soms al decennia gevoerd zonder te worden beslecht. Door de (begrijpelijke) terughou-dendheid dietoegepast wordt in de notariele vastgoedpraktijk op het moment dat de rechtsgeldigheid van een goederenrechtelijke structurering ter discussie staat, worden deze constructies niet aan de test van de rechtspraktijk en de rechtspraak onderwor-pen. Hetvoortbestaan van deze discussies staat echter in belangrijke mate in de weg aan vastgoedrechtelijke innovatie, waaronder de verduurzaming van de gebouwde omgeving.
Het doel van het preadvies van Van der Plank is om een aantal uiteenlopende discus-sies in de literatuur omtrent de reikwijdte van het opstalrecht bijeen te brengen, en aan de hand van de goederenrechtelijke beginselen die ten grondslag liggen aan de bestaande systematiek te zoeken naar een oplossing die past binnen het bestaandesysteem van de wet teneinde een aantal belangrijke impasses te doorbreken.
Leesfragment
Reviews
0.0/5.0
Gemiddelde uit 0 reviews
Meest behulpzame reviews
Nog geen reviews geschreven




